Psalm 10 : 8
Fnuik Gij, o HEER, der goddelozen kracht;
Verbreek hun arm; dat U de boze ducht';
Zie neer in toorn op dit ontaard geslacht,
Opdat het nooit Uw streng gericht ontvlucht',
Maar ete van zijn werk de bitt're vrucht,
De HEER zal toch als Koning eeuwig leven,
Het heidendom is uit zijn land verdre-ven.
Gekoppelde kernwoorden:
• Koning (God de Allerhoogste -)• Toorn van God
• Vijanden - gebed om bevrijding van vijandigen
• Wederkomst en oordeel