De Wet - gebod 9 - liegen
Psalm 19 : 7
Weerhoud, o HEER, Uw knecht,
Dat hij zijn hart niet hecht,
Aan dwaze hovaardij.
Heerst die in mij niet meer,
Dan leef ik tot Uw eer,
Van grote zonden vrij.
Laat U mijn tong en mond,
En 's harten diepsten grond,
Toch welbehaaglijk wezen.
O HEER, die mij verblijdt,
Mijn rots en losser zijt,
Dan heb ik niets te vrezen.
Heel Psalm 19
Dit vers zingen
Samenzang Psalm 19
Tekst en beeld Psalm 19
Gekoppelde kernwoorden
De Wet - gebod 9 - liegen
Hoogmoed
Suggestie doorgeven >
Kom in beweging!
Schatten verzamelen
Thuis in het Woord
Uw dienaar luistert
Van slavendienst naar eredienst
Catechismus vraag 3 en 4 uitleg: over de wet Gods
De wet van Mozes en jij: Spijswetten en laster
Belijdenis van zonden; vierde tot met tiende gebod
Spreuken 18:8 - de jeugdbijbel in de Bijbel
Spreuken 17:7 - de jeugdbijbel in de Bijbel
HSV Jongensbijbel
Bijbel (HSV) met psalmen - met goudsnede
Huwelijksbijbel HSV
Vrouwenbijbel
Bijbel Dagelijkse Broodkruimels