De bekering van de heidenen – oftewel de niet-Joodse volken – is een belangrijk thema in het christelijk geloof, waarin de missie om het Evangelie aan alle volkeren te verkondigen centraal staat. De Bijbel spreekt er herhaaldelijk over dat Gods verlossing niet beperkt is tot het Joodse volk, maar dat Zijn liefde en genade zich uitstrekken naar alle volken. Jesaja 49:6 verwoordt dit prachtig: "Ik heb U ook gegeven tot een licht der heidenen, opdat U Mijn heil zult zijn tot aan het einde der aarde." Dit vers wijst op Gods verlangen om alle mensen tot Zich te trekken, ongeacht hun afkomst of achtergrond.

De Heidelbergse Catechismus behandelt dit onderwerp in de context van het gebed "Uw Koninkrijk kome" (Zondag 48), waarin gelovigen bidden voor de uitbreiding van Gods koninkrijk onder alle volkeren. Dit gebed vraagt om de bekering van de heidenen en om de verspreiding van het Evangelie, zodat iedereen de kans krijgt om Gods genade en verlossing te omarmen.

De Nederlandse Geloofsbelijdenis (Artikel 27) benadrukt dat Christus Zijn kerk verzamelt "uit alle volken, stammen, talen en natiën." Dit wijst op het universele karakter van de kerk, waarin iedereen, ongeacht hun achtergrond, welkom is. De bekering van de heidenen is een uitdrukking van Gods verlangen om alle mensen met Hem te verzoenen, en de kerk draagt de verantwoordelijkheid om dit Evangelie wereldwijd te verkondigen, zoals Jezus Zijn discipelen opdroeg in Matteüs 28:19-20. Het geloof in de bekering van de heidenen versterkt de missie en verantwoordelijkheid van de kerk om Gods liefde te delen met alle mensen en te getuigen van de redding die in Christus beschikbaar is voor iedereen.