Ik zet mijn treden in Uw spoor,
Opdat mijn voet niet uit zou glijden;
Wil mij voor struikelen bevrijden,
En ga mij met Uw heillicht voor.
Ik roep U aan, 'k blijf op U wachten,
Omdat G', o God, mij altoos redt,
Ai, luister dan naar mijn gebed,
En neig Uw oren tot mijn klachten.

Heel Psalm 17 Dit vers zingen

Samenzang Psalm 17 Tekst en beeld Psalm 17

Gekoppelde kernwoorden

Dienstknecht - dienaar van God

Gebed (2 Uw Naam worde geheiligd)

Gebed (4 Uw wil geschiede)

Gebed (7 Leid ons niet in verzoeking...)

Gebed (om bewaring op den weg der godsvrucht)

Geloofsbelijdenis - belijdenis doen

Kiezen

Volgen

Wedergeboorte

Suggestie doorgeven >

Uw Naam worde geheiligd: een gebed van eerbied en verlangen

Het gebed “Uw Naam worde geheiligd” in het Onze Vader drukt een diepe eerbied uit voor de heiligheid van God en een verlangen dat Zijn naam door iedereen erkend en verheerlijkt wordt. Dit gebed herinnert ons eraan dat Gods naam staat voor Zijn karakter, Zijn heerlijkheid en al Zijn werken. In de Bijbel wordt benadrukt dat Gods naam heilig is (Jesaja 6:3) en niet lichtvaardig gebruikt mag worden (Exodus 20:7). Het heiligen van Zijn naam betekent dat wij Hem eren als de enige ware God, die alles geschapen heeft en regeert in gerechtigheid en liefde.

Volgens de Heidelbergse Catechismus vraagt deze bede dat wij God in al onze gedachten, woorden en daden verheerlijken en dat Hij door ons leven en ons getuigenis geëerd wordt (Zondag 47). Het roept ook op tot een leven dat Zijn Naam niet onteert, bijvoorbeeld door ontrouw of zonde.

Theologen zoals Luther en Kohlbrugge benadrukken dat dit gebed zowel een persoonlijke als een gemeenschappelijke dimensie heeft. Persoonlijk wijst het op ons verlangen om in heiligheid te wandelen. Gemeenschappelijk is het een gebed dat anderen tot erkenning van Gods majesteit gebracht worden, zoals Psalm 8 en Psalm 113 verheerlijken: “Hoe heerlijk is Uw Naam op de ganse aarde!”.

Praktisch spoort deze bede ons aan tot een levenshouding van dankbaarheid, gehoorzaamheid en respect, zodat Gods Naam niet slechts door onze woorden, maar vooral door onze daden verheerlijkt wordt.