De Wet - gebod 3 - Gods Naam
Psalm 1 : 1
Welzalig hij, die in der bozen raad
Niet wandelt, noch op 't pad der zondaars staat,
Noch nederzit, daar zulken samenrotten,
Die roekeloos met God en godsdienst spotten;
Maar 's HEEREN wet blijmoedig dag en nacht
Herdenkt, bepeinst, en ijverig betracht.
Samenzang Psalm 1 Tekst en beeld Psalm 1
Gekoppelde kernwoorden
Dienstknecht - dienaar van God
Godsverheerlijking (Blijmoedige en volstandige -)
Goede werken | Vruchten van de Geest
De wet – Gebod 3: Gods Naam
Het derde gebod, "U zult de Naam van de HEERE, uw God, niet ijdel gebruiken," benadrukt het heilige karakter van Gods Naam en roept op tot respect en eerbied in het gebruik ervan. Dit gebod gaat niet alleen over woorden, maar ook over een houding van het hart en een levenswandel die Gods heiligheid weerspiegelt.
Bijbelse achtergrond
-
De betekenis van Gods Naam:
- In Exodus 20:7 wordt het gebruik van Gods Naam behandeld: "U zult de Naam van de HEERE, uw God, niet ijdel gebruiken, want de HEERE zal niet voor onschuldig houden wie Zijn Naam ijdel gebruikt."
- Gods Naam is meer dan een aanduiding; het staat voor Zijn wezen, Zijn heiligheid, en Zijn heerlijkheid. In Exodus 3:14 openbaart God Zich aan Mozes als "Ik ben die Ik ben," wat Zijn eeuwige, soevereine natuur benadrukt.
-
Misbruik van Gods Naam:
- IJdel gebruik van Gods Naam omvat vloeken, lichtvaardig zweren, of Zijn Naam gebruiken zonder eerbied of met onzuivere bedoelingen. Leviticus 24:16 waarschuwt: "Wie de Naam van de HEERE lastert, moet zeker ter dood gebracht worden."
- Jezus waarschuwt ook tegen lichtvaardig zweren in Mattheüs 5:34-37: "Laat uw ja ja zijn en uw nee nee; wat hiervan afwijkt, is uit de boze."
-
De positieve kant van het gebod:
- Dit gebod roept niet alleen op tot het vermijden van misbruik, maar ook tot het verheerlijken van Gods Naam. In Psalm 29:2 staat: "Geef de HEERE de eer van Zijn Naam; aanbid de HEERE in Zijn heerlijke heiligheid."
Gereformeerde traditie
De Heidelberger Catechismus (Zondag 36) legt uit dat dit gebod vereist dat wij Gods Naam heilig en eerbiedig gebruiken in woorden en daden, zodat Zijn Naam niet wordt ontheiligd, maar geprezen. Het gebod waarschuwt tegen lastering en vraagt dat wij ons leven zo richten dat Gods Naam wordt verheerlijkt.
De Nederlandse Geloofsbelijdenis (Artikel 1) benadrukt de grootheid en heiligheid van God, en roept op tot eerbied in het spreken over Hem en tot een leven dat Zijn Naam weerspiegelt.
Wat zeggen Matthew Henry en Kohlbrugge?
Matthew Henry wijst erop dat dit gebod de fundamentele eerbied voor Gods heilige Naam benadrukt. Hij ziet het als een waarschuwing tegen alledaagse en achteloze verwijzingen naar God, en een oproep om Zijn Naam te verheffen in aanbidding en lofprijzing.
Kohlbrugge benadrukt dat het respecteren van Gods Naam begint met een nederig hart dat Zijn majesteit erkent. Hij ziet een diepe verbinding tussen dit gebod en de houding van het hart, waarin de gelovige God in alles verheerlijkt, zowel in woorden als daden.
Geestelijke betekenis
Gods Naam vertegenwoordigt Zijn karakter, macht en aanwezigheid. Respect voor Zijn Naam is een uitdrukking van onze liefde en ontzag voor Hem. Het derde gebod herinnert ons eraan dat ons spreken over en ons handelen in relatie tot God Zijn heiligheid moeten weerspiegelen.
In het gebed dat Jezus ons leerde, wordt dit benadrukt in de woorden: "Uw Naam worde geheiligd" (Mattheüs 6:9). Het gaat niet alleen om het vermijden van misbruik, maar om een actieve verheerlijking van God.
De grootste vervulling van dit gebod ligt in Christus, die Gods Naam volmaakt heiligde door Zijn leven, dood en opstanding. Hij maakt het mogelijk dat gelovigen Gods Naam in waarheid kunnen verheerlijken.
Het derde gebod roept op tot eerbied en waarschuwt tegen lichtvaardigheid. Het nodigt ons uit tot aanbidding en een levenswandel die anderen naar God leidt, zodat Zijn Naam grootgemaakt wordt, zoals beschreven in 1 Korinthiërs 10:31: "Of u dan eet of drinkt of iets anders doet, doe alles tot eer van God."
1.jpg)
.jpg)
