Vergeefs van 's morgens vroeg geslaafdVerhoogt, o poorten, nu den boog;Verleen ons, na genoten rust,Verlicht ons hart, dat duister is,Verwerp mij van Uw aangezicht toch niet;Vest op prinsen geen betrouwen,Vreest 's HEEREN macht en dient Zijn Majesteit;