Straf over zonde
Psalm 5 : 4
Gij, die geducht zijt in vermogen,
Verdraagt de goddeloosheid niet;
Gij zult, o God, die 't al doorziet,
Den boze voor Uw heilig' ogen,
Geenszins gedogen.
Samenzang Psalm 5 Tekst en beeld Psalm 5
Gekoppelde kernwoorden
Straf over zonde: Gods rechtvaardigheid en genade geopenbaard
De straf over zonde is een fundamenteel thema in de Bijbel en benadrukt de ernst van het overtreden van Gods heilige wet. Zonde wordt niet alleen gezien als een daad van ongehoorzaamheid, maar als een diepgewortelde vijandschap tegen God en Zijn gerechtigheid (Romeinen 8:7). De straf die zonde verdient, is de dood, zoals uitdrukkelijk wordt gesteld in Romeinen 6:23: “Het loon van de zonde is de dood.” Dit omvat niet alleen fysieke dood, maar ook eeuwige scheiding van God.
In de Psalmen zien we hoe de straf over zonde wordt ervaren en erkend. Psalm 51, Davids belijdenis na zijn zonde met Bathseba, getuigt van een diep besef van schuld en de rechtvaardigheid van Gods oordeel: “Tegen U, U alleen, heb ik gezondigd en gedaan wat kwaad is in Uw ogen, zodat U rechtvaardig bent in Uw spreken en rein in Uw oordelen” (vers 6). Deze straf wordt echter vaak verbonden met de hoop op vergeving door Gods barmhartigheid.
De Dordtse Leerregels maken duidelijk dat God, als rechtvaardige Rechter, zonde niet ongestraft laat. De straf voor zonde is noodzakelijk om Zijn heiligheid en rechtvaardigheid te handhaven. Tegelijkertijd wijst het Evangelie op de oplossing die God biedt in Christus. Christus droeg de straf die wij verdienen en vervulde Gods rechtvaardige eis, zodat de zonde werd gestraft zonder de zondaar te vernietigen (Jesaja 53:5).
De straf over zonde roept gelovigen op tot diepe ernst over hun zondige natuur, maar biedt ook troost door de boodschap van genade. Het leert ons de heiligheid van God te eren, onze zonden te belijden en in dankbaarheid te leven voor de verlossing die Christus heeft bewerkt.