Zaligheid
Psalm 145 : 4
Al wat Gij wrocht, zal juichen tot Uw eer;
Uw gunstvolk zal verblijd U zeeg'nen, HEER,
En roemen van Uw koninkrijk, Uw macht,
Uw heerlijkheid en Goddelijke kracht;
Om, waar zich 't hart ooit voelt in leerzucht blaken,
Uw heerlijkheid, Uw macht bekend te maken,
En d' eer Uws rijks, zo groot, zo hoog verheven,
Voor aller oor den hoogsten roem te geven.
Heel Psalm 145 Dit vers zingen
Samenzang Psalm 145 Tekst en beeld Psalm 145
Gekoppelde kernwoorden
Afhankelijk (Alles is van God -)
Godsverheerlijking (Blijmoedige en volstandige -)
Zaligheid
Zaligheid is een kernbegrip in het christelijk geloof dat verwijst naar de volledige redding en het eeuwige geluk dat gelovigen ontvangen door hun geloof in Jezus Christus. Het omvat niet alleen vergeving van zonden, maar ook het herstel van de relatie met God, het ontvangen van eeuwig leven, en een staat van innerlijke vrede en vreugde. Zaligheid wordt vaak gezien als het einddoel van het geloof, waarbij de gelovige door Gods genade wordt verlost van de macht van zonde en dood.
In de Bijbel wordt zaligheid beschreven als een gave van God die niet verdiend kan worden door goede werken, maar uitsluitend wordt ontvangen door geloof. Efeze 2:8-9 zegt: "Want uit genade bent u zalig geworden, door het geloof, en dat niet uit uzelf: het is de gave van God; niet uit werken, opdat niemand zou roemen." Deze passage benadrukt dat zaligheid een daad van Gods genade is, die de gelovigen in staat stelt om in vrijheid en vreugde met Hem te leven.
De traditionele christelijke leer benadrukt dat zaligheid begint in het huidige leven, maar zijn volheid vindt in het eeuwige leven bij God na de dood. Het geeft gelovigen hoop en zekerheid, omdat het hen verzekert van Gods liefdevolle aanwezigheid, zowel nu als in de toekomst. Zaligheid betekent daarom niet alleen verlossing van straf, maar ook een nieuw leven dat doordrongen is van Gods liefde, vreugde en vrede.