Studiebijbel (SBOT) Psalmen II - recensie

Auteur: David Moerman

Inleiding

In een vorige boekbespreking hebben we deel 7 van de Studiebijbel Oude Testament (SBOT) behandeld, die de Psalmen 1 tot en met 106 besloeg. Voor ons ligt nu deel 8, die de Psalmen 107 tot en met 150 behandelt, plus Spreuken en Prediker. De opzet van deel 8 is vergelijkbaar met deel 7, behalve dat er (naast de algemene inleiding die identiek is) maar één korte inleiding op de Psalmen is met een korte bespreking van vier boeken die tussen het verschijnen van SBOT deel 7 en 8 waren uitgekomen.

Indeling

Naast de bespreking van de Psalmen 107-150, Spreuken en Prediker, zijn aan het eind de volgende excursen opgenomen:

  • Geweld en vergelding
  • Geloofsleven in relatie tot het heiligdom
  • Het gebruik van de Psalmen in de christelijke kerk
  • Buitenbijbelse parallellen van de wijsheidsboeken
  • De wijsheid in Job, Spreuken en Prediker
  • Mensbeeld en ethiek in het boek Spreuken
  • De vergelding van gedrag in Job, Spreuken en Prediker

 

Tekst en Verklaring

Zie ook de bespreking van deel 7.

In deze bespreking willen we de aandacht vestigen op Psalm 137, die onder andere bekend is om het gebed om wraak in vers 9:

137:9 Welgelukzalig zal hij zijn, die uw kinderkens grijpen, en aan de steenrots verpletteren zal.

'Wraakpsalmen' zoals ps. 137 zijn voor de westerse mens moeilijk te aanvaarden, zeker omdat Jezus in het Nieuwe Testament heeft gezegd dat we onze vijanden lief moeten hebben (Luk. 6:27). Psalm 137 gaat zelfs zover dat het de man gelukkig prijst die de kinderen van de vijand verplettert; dat lijkt wel mijlenver af te staan van wat Jezus bedoelde.

In de de Studiebijbel wordt dit probleem uitgebreid belicht. Allereerst in de bespreking van Psalm 137:

Iemand die dat doet (het verpletteren, red), heet hier 'gelukkig' omdat hij het oordeel van God uitvoert. De kinderen kunnen zelf onschuldig zijn, maar ze worden hier gerekend tot het volk dat het absolute kwaad vertegenwoordigt.

In een voetnoot wordt hierbij verwezen naar gedeelten uit het OT waar sprake is van collectieve verantwoordelijkheid, zoals bij de uitroeiing van Jericho.

Terecht wordt aan het einde van de bespreking van Psalm 137 gewaarschuwd dat we geen te grote tegenstelling moeten maken tussen het OT en NT als het gaat om de vergelding. Over Jezus wordt gezegd:

In de persoonlijke sfeer roept Jezus op tot liefdevol handelen en vergeving, maar er is ook de sfeer van het recht. Jezus' liefde hield zeker geen straffeloosheid in (vgl. Mat. 23) en meermalen sprak Hij over het eeuwige oordeel (bijv. Mat. 25).

Excurs Geweld en Vergeving

In de bespreking van Psalm 137 wordt doorverwezen naar de excurs over Geweld en Vergeving. In deze excurs wordt allereerst een beschrijving gegeven van het gebruik van geweld door de volkeren in de tijd van het OT, waarbij uiteindelijk de vraag gesteld wordt of de moderne oorlogsvoering wel zoveel humaner is.

Wat betreft de verovering (en uitroeiing) van Kanaän - een onderwerp dat onder andere door Richard Dawkins in zijn boek "God als misvatting" wordt aangehaald als bewijs van de wreedheid van Israëls God - geeft de excurs zeer terecht aan dat deze vergelding al lang van te voren was aangekondigd, maar uitgesteld omdat de maat van de zonde nog niet vol was (Gen. 15:13-16). Vervolgens wordt er geconcludeerd:

Het geweld van Israël ten opzichte van de Kanaänieten is daarom vooral een strafmaatregel. De opdracht hiertoe betreft Gods gerechtigheid en het gaat hier niet in de eerste plaats om menselijke tegenstellingen.

De excurs vervolgt met de moeite die de christelijke theologie had en heeft met de geweldteksten, en stelt daar tegenover dat het OT een geweldloze wereld op het oog heeft - waarbij het geweld dat toch plaatsvindt zijn grond vindt in vergelding. Verder wordt er nagedacht over het optreden van God in verband met de vergelding.

Tenslotte vindt er een evaluatie plaats van het geweld in het OT ten opzichte van het geweld in de oosterse wereld, waarbij de overeenkomsten en de verschillen worden benoemd.

Wat betreft de relatie van het OT met het NT als het gaat om geweld, wordt terecht opgemerkt dat een aantal wraakpsalmen ook in het NT worden geciteerd (zoals Psalm 35, 69 en 109). Maar, ook geldt:

Wel zijn er verschuivingen in de overgang van oud naar nieuw. ... De vergelding in Gods wraakgericht vindt vooral in de toekomst plaats en niet in het heden.

Aan het einde van de excurs, onder het kopje "Praktische verwerking", wordt de westerse wereld een spiegel voorgehouden:

Het is in dit opzicht opmerkelijk dat verzet tegen de geweldteksten vooral voorkomt in het rijke westen, waar mensen vaak leven met de illusie dat het leven maakbaar is en dat vrede te verwerven is zonder harde strijd.

Conclusie

Ook nu hebben we maar een klein deel kunnen bespreken van wat er allemaal te vinden is in het achtste deel van de Studiebijbel Oude Testament. Het mag duidelijk zijn dat deel 7 en 8 een schat aan verdiepingsinformatie bieden om meer van en uit de Psalmen te leren. De manier waarop met het gevoelige en lastige onderwerp van geweld en vergelding is omgegaan is volledig en geeft een gevoel van betrouwbaarheid.

Tekstvoorbeeld

Hier kunt u een scan downloaden om een indruk te krijgen van de layout van de Studiebijbel.

Bestellen

'Psalmen II' kan worden besteld in de webshop van het Centrum voor Bijbelonderzoek.