Loven van God
Psalm 9 : 1
Ik zal met al mijn hart den HEER,
Blijmoedig geven lof en eer;
Mijn tong zal mijn gemoed verzellen,
En al Uw wonderen vertellen.
Samenzang Psalm 9 Tekst en beeld Psalm 9
Gekoppelde kernwoorden
Overwinning (Dank voor - na rechtvaardige oorlog)
Loven van God
Het loven van God is een fundamentele uiting van aanbidding en dankbaarheid, waarin de gelovige Gods grootheid, heiligheid en goedheid erkent. Het is zowel een persoonlijke als gemeenschappelijke daad, waarbij woorden, liederen, gebeden en daden worden gebruikt om God te verheerlijken. Door de hele Bijbel heen wordt Gods lof beschreven als de hoogste roeping van de mens.
Bijbelse achtergrond
-
Oude Testament:
- Lof komt vaak naar voren in de Psalmen, het boek van aanbidding. Psalm 103:1 roept op: "Loof de HEERE, mijn ziel, en al wat in mij is, Zijn heilige Naam." Hier wordt het innerlijk van de mens aangespoord om actief God te prijzen.
- De lof van God gaat hand in hand met Zijn schepping en redding. In Psalm 19:2 staat: "De hemel vertelt Gods eer, en het uitspansel verkondigt het werk van Zijn handen."
-
Nieuwe Testament:
- In het Nieuwe Testament wordt lof verder verbonden met Christus. In Efeze 1:3 schrijft Paulus: "Gezegend zij de God en Vader van onze Heere Jezus Christus, Die ons gezegend heeft met alle geestelijke zegen in de hemelse gewesten in Christus."
- De aanbidding in de hemel is een voorbeeld voor gelovigen op aarde: "En zij zeiden met luide stem: Het Lam, Dat geslacht is, is het waardig om de kracht te ontvangen, en rijkdom, wijsheid, sterkte, eer, heerlijkheid en lof" (Openbaring 5:12).
Gereformeerde traditie
De Heidelberger Catechismus benadrukt dat het loven van God voortkomt uit dankbaarheid. Zondag 1 wijst erop dat de grootste troost van de mens is dat hij God toebehoort en Zijn heerlijkheid mag verkondigen.
De Nederlandse Geloofsbelijdenis (Artikel 7 en 12) beschrijft het Woord van God en Zijn schepping als redenen om Hem te loven. Het toont dat Gods wezen en werken de bron van lof en aanbidding zijn.
Wat zeggen Matthew Henry en Kohlbrugge?
Matthew Henry beschrijft het loven van God als een constante opdracht voor de gelovige. Hij wijst erop dat lof zowel een reactie is op Gods zegeningen als een daad van geloof, zelfs in tijden van beproeving. Hij noemt lofprijzing "de taal van de hemel" en moedigt gelovigen aan dit voortdurend te beoefenen.
Kohlbrugge benadrukt dat waarachtige lof voortkomt uit een nederig hart dat erkent dat alle genade van God komt. Hij wijst erop dat de lof van God ons boven onszelf verheft en ons hart richt op Christus als de volmaakte openbaring van Gods heerlijkheid.
Geestelijke betekenis
Het loven van God is meer dan het uiten van dankbaarheid; het is een uitdrukking van wie God is en wat Hij doet. Het roept gelovigen op om zich te richten op Zijn heerlijkheid en trouw. Zoals in Psalm 96:3 staat: "Vertel onder de heidenvolken Zijn heerlijkheid, onder alle volken Zijn wonderen."
Lofprijzing is ook een middel om geestelijke kracht te ontvangen. Het herinnert gelovigen aan Gods soevereiniteit en nodigt Zijn tegenwoordigheid uit. In Psalm 22:4 wordt gezegd: "U bent heilig, U troont op de lofzangen van Israël."
Het loven van God is niet alleen voorbehouden aan momenten van vreugde, maar ook aan tijden van beproeving. Habakuk 3:17-18 getuigt: "Al zal de vijgenboom niet bloeien [...] toch zal ik in de HEERE van vreugde opspringen, mij verheugen in de God van mijn heil."
Het is een voorproefje van de eeuwigheid, waarin de gelovigen zich volledig zullen richten op de lof en aanbidding van God, zoals beschreven in Openbaring 7:10: "De zaligheid is van onze God, Die op de troon zit, en van het Lam!"