Bishop J.C Ryle zegt over Johannes 4:28-29
Auteur: ds. W. Pieters
Zo verliet de vrouw dan haar watervat en ging heen in de stad en zeide tot de lieden: Komt, ziet, een Mens Die mij gezegd heeft alles wat ik gedaan heb; is Deze niet de Christus?
"We zien hoe ijverig een waar bekeerd persoon is om aan anderen goed te doen. Ons wordt verteld dat de Samaritaanse vrouw ging naar de stad en tot de mensen zei: kom, zie een Man Die mij heeft verteld alles wat ik ooit heb gedaan; is Deze niet de Christus? Op de dag van haar bekering werd zij zendelinge. Zij voelde zó diep de verbazende weldaad die zij van Christus had ontvangen, dat ze haar mond niet kon houden over Hem.
Zoals Andreas zijn broer Petrus vertelde over Jezus, en Philippus aan Nathanael vertelde dat hij de Messias had gevonden, zo zei ook de Samaritaanse vrouw: "Kom en zie" Christus. Zij gebruikte geen duistere argumenten, ze probeerde niet diep te redeneren over Zijn bewering dat Hij de Messias was. Ze zei alleen: "Kom en zie." Uit de volheid van haar hart sprak haar mond.
Zoals de Samaritaanse vrouw hier deed, behoren alle Christenen te doen. De Kerk heeft het nodig, de situatie van de wereld vraagt het. Iedereen die Gods genade ontving en smaakte dat Christus genadig is, moet woorden zoeken om Christus te verkondigen aan anderen. Waar is ons geloof, als we geloven dat zielen rondom ons verloren gaan en dat alleen Christus hen kan redden, en we toch onze mond houden? Waar is onze liefde als we anderen naar de hel kunnen zien gaan en toch niets tot hen zeggen over Christus en de zaligheid? We mogen terecht onze eigen liefde tot Hem betwijfelen, als onze harten niet bewogen zijn om van Hem te spreken. We mogen terecht de veiligheid van onze eigen zielen betwijfelen als we geen zorg voelen voor de zielen van anderen.
Wie zijn we zelf? Dit is de vraag die bovenal onze aandacht vraagt. Voelen wij dat geestelijke dingen van 't hoogste belang zijn en dat daarmee vergeleken de dingen van de wereld niets zijn? Spreken we ooit tot anderen over God, Christus, eeuwigheid, ziel, hemel en hel? Indien niet, wat is dan de waarde van ons geloof? Waar is het wezen van ons Christendom? Laten we oppassen niet te laat te ontwaken en te bevinden dat we voor eeuwig verloren zijn; een verbazing voor engelen, duivelen en bovenal voor onszelf vanwege onze eigen hardnekkige blindheid en dwaasheid".