Wat de bijbel zegt over Gods Woord
Auteur: ds. W. Pieters
De Bijbel spreekt niet alleen over allerlei onderwerpen van het dagelijkse leven (bijvoorbeeld, hoe je met je naaste moet omgaan), of over allerlei onderwerpen van het geestelijke leven (bijvoorbeeld hoe je vergeving van zonden kunt krijgen), maar de Bijbel spreekt ook over zichzelf.
Dat is niet overbodig. Want de Bijbel is het enige middel waardoor wij Gods wil kunnen kennen. Wij belijden dat alles wat daarin staat waar is, 100% waar is, onfeilbaar waar is. We moeten onvoorwaardelijk geloven wat de Bijbel ons zegt. Volgens de voorschriften van dat boek moeten we ons gedragen. Daarom is het best belangrijk om zeker te weten of dat boek betrouwbaar is of niet. Kunnen we ons werkelijk gerust verlaten op alles wat daarin staat?
Stel je voor dat je uit gehoorzaamheid aan dat oude boek een promotie of een loonsverhoging moet laten schieten, om `principiële redenen'. Dan moet je toch wel zeker weten dat je niet anders kunt. Om wille van een sprookjesboek laat je immers geen loonsverhoging gaan. Maar om wille van de Bijbel wel? Waarom dan? Weten jullie zeker dat de Bijbel zo waar en waardevol is, dat je voor dit boek álles moet overhebben?
Al is het niet te bewijzen voor het verstand, toch zeggen we volmondig: de Bijbel is het Woord van God; God Zelf spreekt daarin. En alles wat Hij daarin tot ons zegt is ontwijfelbaar waar. Je kunt gerust je erop verlaten. Dit boek bedriegt ons niet. God doet precies zoals daarin staat en Hij vraagt van ons dan ook dat wij Hem op Zijn woord geloven! Als dat waar is, is het niet onbelangrijk om te weten, hoe ik de Bijbel moet zien. En daartoe luisteren we naar het persoonlijke getuigenis van een man, die uit eigen ervaring wist, wat het Woord van God betekende: David. Hij zegt in Psalm 119 vers 105:
"Uw Woord is een lamp voor mijn voet en een licht voor mijn pad"
Wat zegt David daar eigenlijk? Behalve over het gebruik van de Bijbel als licht, als lamp op zijn levensweg en voor elke stap die hij zet, zegt hij ook iets over het wezen, het karakter van de Bijbel. Hij noemt de Bijbel Gods Woord. Wat betekent dat?
Dat de Bijbel geen mensenboek is, niet door mensen bedacht is, maar dat de Bijbel door God Zelf is ingegeven en dat wij dit Boek kunnen en mogen en moeten beschouwen als onfeilbaar.
Daarover een volgende keer Deo volente meer aan de hand van II Timotheüs 3 vers 16 en II Petrus 1 vers 21.
Nu de uitdrukking `Gods Woord'. Deze uitdrukking betekent: als ik de Bijbel lees, spreekt God Zelf tot mij. Ik moet dat Boek niet beschouwen als Gods (levenloze) Schrìft, maar als Gods (levende) Woord. Ofwel: ik moet bij het bijbellezen steeds bedenken, dat dit oude Boek heel actueel is en nú, in míjn oren klinkt. God spreekt nú. Hij bedoelt míj heel persoonlijk. Het is met de Bijbel net alsof God aanwezig is en Zelf tot mij spreekt, nèt zo echt en nèt zo levendig, als Abraham ervoer toen God hem kwam opzoeken en Persoonlijk met hem sprak! Ja: God ís aanwezig, Hij spréékt Zelf tot mij. Het is niet net alsof, maar werkelijk waar! Dus de Bijbel is niet alleen een foutloos boek, maar veel meer dan dat: de Bijbel is Gòds Boek, niet van vróeger, maar van vandáág! Vandaag spreekt God tot mij in Zijn Woord. Vandaag richt God Zich tot mij. Vandaag is er door middel van de Bijbel een ontmoeting tussen de almachtige Heere en mij, nietig mens. Vandaag sta ik, verdoemelijke zondaar, `oog in oog' met mijn heilige Rechter ...! ...! Wie kan dit begrijpen? Wil je er 's om vragen aan de Heere, dat Hij je zó leert bijbellezen. Want de list van de duivel is om ons tevreden te houden met alleen maar een rechtzinnige visie: de Bijbel is 100% onfeilbaar en 100% Gods Woord, terwijl we bij het (voor)lezen van de Bijbel niet gedurig bedenken:
God is tegenwoordig
Bijzonder heerlijke ervaringen mocht de apostel Petrus meemaken. Hij vertelt ervan in zijn tweede brief, het eerste hoofdstuk vers 16─18: hij mocht bij Jezus zijn op de berg der verheerlijking, samen met Johannes en Jacobus. Hij weet daarom heel goed waarover hij schrijft, als hij het heeft over Gods glorie. Het is niet zomaar wat gepraat, hij heeft het niet van-horen-zeggen; maar hij heeft het zelf beleefd. Voor zijn eigen ogen gebeurde het: Jezus werd van gedaante veranderd en Hij sprak met Mozes en Elia over Zijn lijden en sterven in Jeruzalem. Dit alles kun je lezen in Mattheüs 17 vers 1─8.
Maar nu waren de lezers van Petrus' brieven natuurlijk niet daarbij geweest. Hoe konden zij nu weten dat de apostel geen fabeltjes schreef? Wel zegt hij dan in vers 19: het woord van de profeten, dus van de Bijbel zelf is als het ware nog meer vast/ zeker en ontwijfelbaar dan wat ik met mijn ogen heb gezien... En daarom moeten wij juist op die profetische geschriften nauwkeurig acht nemen. De profeten hebben immers niet opgeschreven, wat ze zelf ervan dachten, maar zij hebben opgeschreven, wat God Zelf ervan dacht, wat God Zelf hen voorzei.
Petrus zegt het zo: zij werden door de Heilige Geest gedreven toen zij al die dingen predikten en schreven.
En de Heilige Geest maakt geen fouten, zoals wij. Daarom maakten ook de bijbelschrijvers bij het schrijven van de Bijbel geen fouten.
Het is best heel belangrijk dat we zeker ervan zijn dat de Bijbel waar is. Als de Bijbel niets anders zou zijn, dan een boek vol menselijke meningen en verhalen, dan zou het er werkelijk niet best met ons voorstaan: dan zouden we immers nooit zeker ervan kunnen zijn of die verhalen waar zijn en of die meningen juist zijn. Maar omdat de Bijbel geen mensen-boek is, maar Gods Eigen Boek, daarom kunnen we ervan op aan, dat alles wat daarin staat ten volle betrouwbaar is, het geloof van ons allen waard.
Dat blijkt ook uit de andere schriftplaats die ik vorige keer noemde, namelijk II Timotheüs 3 vers 16. Daar schrijft de apostel Paulus: al de Schrift is van God ingegeven. Dat houdt in: er staat in de Schrift niets, wat onwaar is, niets wat terecht betwijfeld kan worden, niets wat schadelijk is. God is goed en daarom is alles van God ook goed, ook de Bijbel. Als je Zijn bevelen niet gehoorzaamt, ben je ongehoorzaam aan God Zelf en vecht je tegen je eigen geluk; en als je Zijn beloften niet vertrouwt, maak je God Zelf tot een leugenaar en schaad je jezelf. We dienen onvoorwaardelijk geloof te hechten aan de Schrift. Al strijden veel geleerden ertegen, toch is en blijft de Bijbel Gods Boek.
Paulus schrijft erbij, dat de Schrift nuttig is tot lering, tot wederlegging en tot onderwijzing. Dat betekent dat de Bijbel in 1994 nog steeds geen verouderd boek is, afgedaan. Maar dat hij nog steeds een zeer actueel boek is! De Bijbel beschrijft namelijk precies hoe het in onze dagen is. Allerlei goede raadgevingen voor de lezers van Paulus' brieven, konden wel in onze tijd geschreven zijn. De wereld is niet verbeterd ─de techniek die er vroeger niet was, verbetert aan de wezenlijke dingen immers niets!─; de mens is niet verbeterd en zijn inzicht en wil zijn nog even verdorven en dwaas als in de eeuwen van de heidense, onontwikkelde volken.
Daarom: lees dit Woord, want daarin staat niet alleen een juiste diagnose van onze geestelijke toestand en van onze maatschappelijke ellende, maar daarin staat ook het effectieve geneesmiddel, namelijk de geloofsvereniging met Jezus Christus.
In die bundel van 66 boeken, vanaf het begin van de geschiedenis der schrijfkunst tot 1900 jaar geleden op schrift gesteld door zeer verschillende schrijvers..., in die Bijbel vinden wij het eeuwige-geldige Woord van de boventijdelijke God. Als je ogen opengaan voor de waarde van dit Boek, blijf je erin studeren.
Gisteren zei een catechisant: `Het is voor mij een grote moeite om 's avond voor het naar bed gaan een stukje in de Bijbel te lezen...' Dat begrijp ik heel goed, want het is bij mij echt niet anders... En toch: het is Gods Eigen Woord! Sla het open, smeek om het licht van Gods Geest! Je zou er zo ontzaglijk rijk en gelukkig door kunnen worden gemaakt.
Bijbel met uitleg
Er is ook een Bijbel met uitleg beschikbaar. Hierin worden allerlei toelichtingen op de Bijbel gegeven. Je kunt de Bijbel met uitleg bestellen of er meer over lezen op de pagina 'Bijbel met uitleg' op deze site.