Uit het boek Openbaring - hoofdstuk 9
Auteur: ds. W. Pieters
Troost biedt het boek Openbaring heel veel, maar..., wel dwars door de vreselijkste en meest huiveringwekkende catastrofen en ellenden heen. Hoofdstuk 8 liet er ons al heel wat van zien. Hoofdstuk 9 in zijn geheel is er een intensivering van. Ik zal niet al de verzen overnemen. Je hebt zelf wel een Bijbel. De volgende kernmomenten haal ik hier voor het voetlicht:
"En de vijfde engel heeft gebazuind, en ik zag een ster, gevallen uit de hemel op de aarde, en haar werd gegeven de sleutel van de put van de afgrond... en er is rook opgegaan uit de put. En uit de rook kwamen sprinkhanen op de aarde, en hun werd gezegd dat zij alleen de mensen zouden beschadigen die het zegel van God aan hun voorhoofden niet hebben. In die dagen zullen de mensen de dood zoeken, en niet vinden. En deze sprinkhanen hadden over zich tot koning de engel van de afgrond; zijn naam was in het Hebreeuws Abaddon, en in de Griekse taal had hij de naam Apollyon."
Het zou kunnen dat Johannes door dit visioen in symbooltaal een episode van de kerkgeschiedenis voor zich ziet. Het is echter gissen welk tijdperk en welke gebeurtenis of gebeurtenissen dan bedoeld zijn. De totaalindruk van dit ijselijke visioen is, met alle onzekerheid over de precieze invulling, wel duidelijk: Gods kerk heeft vele bestrijders, ontelbaar veel en onzegbaar machtig zijn de vijanden van Christus en Zijn volgelingen.
In dit visioen blijkt aan de andere kant ook duidelijk dat Gods kinderen veilig zijn. De vijanden mogen alleen schade berokkenen degenen die niet Gods zegel aan hun voorhoofden hebben. Heb jij dat zegel wél, dan ben je gevrijwaard van al de verschrikkingen die de duivelse machten ontketenen.
Dit is ondertussen opmerkelijk. We zouden denken dat de helse geallieerde strijdkrachten zich juist op Gods kinderen richten om hén te beschadigen. En het is waar, daarop zijn zij gebrand. Maar wat ze ook willen en proberen, ja metterdaad ondernemen..., ze kunnen in wezen degenen die God trouw bemint, geen schade doen.
Omdat het wel of niet hebben van dit zegel het grote verschil uitmaakt, wil ik daarop ingaan.
Verzegelen..., wat is dat? We lezen er in menselijke zin over in de geschiedenis van de moordaanslag op Naboth. Izebel - zo lezen we in I Koningen 21 vers 8 -
"schreef brieven in naam van Achab, en verzegelde ze met zijn signet = zegelring."
Wat was de bedoeling van dat zegel? Dat de geadresseerden daardoor er zeker van waren dat het een koninklijk bevel was dat ze niet ongehoorzaam zouden durven zijn.
Verzegeling kan ook plaatsvinden in verband met een belofte. Dan is het doel om aan die belofte meer vastheid te geven en aan de persoon aan wie het beloofd werd, meer zekerheid.
In de laatste betekenis wordt de beeldspraak in Openbaring 9 gebruikt, net als in hoofdstuk 7.
Verzegeld zijn al Gods kinderen. Paulus schrijft dat aan de Christenen in Efeze, in hoofdstuk 1 vers 13 & in hoofdstuk 4 vers 30:
"In Christus zijt gij ook, nadat gij geloofd hebt, verzegeld geworden met de Heilige Geest der belofte... tot de dag der verlossing."
De kanttekening merkt in dit verband op:
De beloften van de vergeving van onze zonden, van onze aanneming tot kinderen en van onze eeuwige erfenis worden ons gedaan door het Evangelie, en worden door het geloof ons toegeëigend. De verzegeling van de Geest, die daarbij wordt gevoegd, is de vernieuwing van Gods beeld in ons, waarmee Hij onze zielen begaaft en die Hij daar op drukt, wanneer wij in Christus geloven, om ons meer en meer te verzekeren van de uitvoering van Zijn beloften. En Hij betuigt dit bovendien aan ons gemoed, als met een Goddelijke inspraak, waarom wij ook God als onze Vader durven aanroepen, en durven roemen op de hoop van Gods heerlijkheid.
De taal van de kanttekeningen vind je misschien niet zo gemakkelijk. Het komt hierop neer. Het zegel dat al Gods kinderen dragen, is innerlijk de kinderlijke vertrouwensrelatie tot God als hun Vader; en het is uiterlijk de praktijk van het godzalige leven.
De mensen die deze innerlijke Vader-kind relatie hebben, én die ook uiterlijk godzalig leven zullen geen schade lijden van het meest woeste geweld van satan en al zijn helpers. Laat de hel maar vrijuit woeden. Vertrouw jij met kinderlijke aanhankelijkheid op God, lijk jij in je gedrag op jouw Hemelse Vader? Dan ben je veilig, en dan mag je je ook veilig weten en voelen.
Hoe kom je aan dit zegel? Door geloof in Christus. Hoe werkt God dat geloof in je hart? Door (de prediking van) Zijn heilig Evangelie. Neem dan biddend dat Woord ter hand, en buig aan Zijn genadetroon!