Spreuken 14:29 - de jeugdbijbel in de Bijbel
Auteur: ds. W. Pieters
"De lankmoedige is groot van verstand,
maar die haastig is van gemoed, verheft de dwaasheid."
Spreuken 14 vers 29
Van groot belang is de vreze des HEEREN, zo zegt vers 27. Als je die bezit, wijk je af van de strikken des doods. Het volgende vers zegt, hoe dit tot eer is van onze Koning; in het bijzonder wel als er veel mensen zijn, die zo leven. En in het vers voor dit keer, vers 29, staat nu, hoe die vreze des HEEREN werkt. Wat houdt het nu in, als je afwijkt van de strikken die de duivel spant? Welke strikken spant hij dan, waarvan wij moeten afwijken?
Wel, zegt Salomo, dan moet je lankmoedig zijn. Wat betekent dat woord `lankmoedig'? Op bladzijde 14 en 15 staat iets erover en op bladzijde 16 en 17 ook. Daar gaat het over lankmoedigheid als een eigenschap van God. Nu schrijft Salomo erover als een eigenschap van mensen. God is lankmoedig voor ons en dat is een heel groot wonder. Maar wij moeten het ook zijn. Hoe kunnen we dat worden? Hebben wij vanuit onszelf lankmoedigheid, geduld?
Als je lankmoedig bent, dan ben je (zoals het Hebreeuwse woord letterlijk betekent) traag of langzaam tot toorn. Dan ben je niet gauw boos, dan ben je niet driftig en kort aangebonden, dan ben je mild en rustig; dan ben je niet opvliegend. Nou, ben jij dat? Zou je het willen zijn? Heb je er 's avonds, als je voor het slapen gaan je knieën buigt om de zonden van die dag aan God te belijden, er ook zo'n last van en zo'n verdriet, dat je die dag weer zo weinig geduld had, zo driftig was, soms zo heel erg onterecht ...? En smeek je niet alleen om vergéving van je humeurigheid en prikkelbaarheid, maar vraag je ook met heel je hart: `Verlòs mij er toch van, Heere, dat ik zo gauw boos word ...! Geef mij toch dat ik lankmoedig mag zijn, geduldig, vriendelijk, mild.'
De vraag wordt dan belangrijk, hoe je aan deze wonderlijke en blij-makende eigenschap kunt komen: lankmoedig te zijn ...
Wel, wanneer wij door Gods Geest wedergeboren worden, krijgen wij deel aan Zijn Eigenschap van lankmoedigheid. Dan ontvangen we het beeld van God weer terug, wat we bij de schepping van Hem hadden ontvangen en wat we in Adams diepe val in het paradijs weggegooid hebben. En wat een vreugde geeft het in je leven om dagelijks geduldig, lankmoedig te zijn!
Dat beeld van God betekent, dat we als het ware weer op Hem gaan lijken. Niet wat betreft ons lichaam, maar wat betreft de eigenschappen en vermogens van onze ziel. We ontvangen deel aan Zijn rechtvaardigheid en gaan dus door Zijn Geest rechtvaardig leven; aan Zijn barmhartigheid en gaan dus barmhartigheid bewijzen; en aan Zijn lankmoedigheid en worden dus ook lankmoedig.
Het tweede deel van het tekstvers luidt: maar die haastig is van gemoed, verheft de dwaasheid. Als je weet, dat lankmoedig zijn een zekere traagheid inhoudt, zie je ook de mooie tegenstelling met het tweede deel: haastig zijn, opvliegend zijn, onnadenkend, direct overal op reageren, driftig en meteen een weerwoord klaar hebben. En wat doe je eigenlijk, als je direct overal op in gaat? Dan verhef je de dwaasheid. Dat betekent: dat is dwaas en daardoor geef je aan de dwaasheid ruim baan. De dwaasheid wordt dan niet tegengegaan, maar ze wordt bevorderd. Maar hoe dwaas het ook is, we zijn er toch steeds weer toe geneigd.
Wat we nodig hebben is een dagelijkse vernieuwing door de Heilige Geest, Die ons kan leren door Goddelijke kracht om al meer naar het evenbeeld van God vernieuwd te leven. We hebben nodig, dat we op Christus mogen lijken, Die niet haastig was, niet driftig, maar lankmoedig, geduldig, mild. O, wat had Hij toch veel reden om voor Annas en Kajafas op te stuiven ...! Men beschuldigde Hem vals, men verweet Hem, wat Hij niet had gedaan ... Maar Hij zweeg, Hij droeg het geduldig en aan het kruis bad Hij Zijn Vader om vergeving voor die beulen en misdadigers, die Hem aan het kruis spijkerden.
Daarin is Hij niet alleen onze Borg, Die heeft volbracht, wat wij niet kunnen volbrengen. Daarin zien dus niet alleen een plaats vervangende lankmoedigheid, die Hij in onze plaats heeft volbracht, omdat wij die niet kunnen volbrengen.
- En wat is dat ons tot vreugde, als we met onze on-lankmoedigheid, met ons on-geduld en al onze verkeerdheid mogen leren schuilen in de wonden van onze Heere Jezus Christus ...!
Maar daarin ligt anderzijds voor ons ook een voorbeeld, zoals Petrus - de driftige Petrus, die altijd de eerste was en zo weinig van lankmoedigheid begreep en het in een zeer diepe en smartelijke weg moest leren ... - schrijft: ons een voorbeeld nalatende, opdat wij Zijn voetstappen zouden navolgen ... Die, als Hij onterecht behandeld werd, niet boos werd, maar verdroeg het alles in liefde ...!