Psalm 100 en Matthew Henry
Auteur: ds. W. Pieters
De redenen tot lof zijn van groot gewicht: u moet weten wat God is in Zichzelf, en wat Hij voor u is. Kennis is de moeder van godsvrucht en alle gehoorzaamheid. Blinde offers zullen nooit een ziende God behagen. Weet het, overweeg het en pas het toe, dan zult u ijveriger en standvastiger, inniger en ernstiger zijn in uw aanbidding van Hem. Laten we dan deze zeven dingen weten met betrekking tot de Heere Jehovah, met Wie wij in al de daden van godsdienstige aanbidding te doen hebben.
1. Dat de Heere God is, de enig levende en ware God, dat Hij een oneindig volmaakt Wezen is, uit Zichzelf bestaande, en in Zichzelf genoegzaam, en de Bron van alle bestaan, Hij is God, en niet een mens zoals wij zijn. Hij is een eeuwige Geest, onbegrijpelijk en onafhankelijk, de eerste Oorzaak en het Einddoel. De heidenen aanbaden het schepsel van hun eigen verbeelding. Werklieden maakten het en daarom was het niet God. Wij aanbidden Hem, Die ons en heel de wereld heeft gemaakt. Hij is God, en alle andere zogenaamde godheden zijn leegheid en leugen. Hij heeft over hen getriomfeerd.
2. Dat Hij onze Schepper is. Hij heeft ons gemaakt en niet wij. Ik moet vragen: waar kom ik vandaan? Wie heeft mij gemaakt? Waar is God, mijn Maker? Het is de Heere Jehovah, Hij heeft ons het bestaan gegeven. Hij is zowel de Formeerder van ons lichaam als de Vader van onze geest. Wij hebben ons zelf niet gemaakt. Wij konden ons zelf niet maken. Het is Gods voorrecht om de Oorzaak te zijn van Zich Zelf, maar ons bestaan is van Hem afgeleid en van Hem afhankelijk.
3. Dat Hij daarom onze rechtmatige Eigenaar is. Door een letter in het Hebreeuws te veranderen, lezen de joden het: “Hij heeft ons gemaakt, en van Hem zijn wij (Hem behoren wij toe).” Voeg die twee lezingen samen, en wij leren dat wij, omdat God ons heeft gemaakt en niet wij, daarom ook onszelf niet toebehoren, maar Hem. Hij heeft een onbetwistbaar recht van eigendom op ons en op alle dingen. Van Hem zijn wij, om door Zijn macht bewerkt te worden en toegewijd te worden aan Zijn eer en heerlijkheid.
4. Hij is onze soevereine Regeerder. Wij zijn Zijn volk of onderdanen, en Hij is onze Vorst, onze Bestuurder en Regeerder, Die aan ons als sterflijke wezens wetten geeft, en ons ter verantwoording zal roepen voor dat wat wij doen. De Heere is onze Rechter, de Heere is onze Wetgever. Wij hebben niet de vrijheid om te doen wat wij willen, en moeten ons er altijd nauwkeurig op toeleggen om te doen wat ons geboden is.
5. Hij is onze milddadige Weldoener. Wij zijn niet alleen Zijn schapen, op wie Hij recht heeft, maar de schapen van Zijn weide, voor wie Hij zorg draagt. De kudde die Hij weidt, zo kan het ook gelezen worden. En daarom de schapen van Zijn hand, die tot Zijn beschikking zijn, omdat wij de schapen van Zijn weide zijn (zie Psalm 95 vers 7: “Hij is onze God, en wij zijn het volk van Zijn weide, en de schapen van Zijn hand”). Hij, Die ons gemaakt heeft, onderhoudt ons en geeft ons alle dingen rijkelijk te genieten.
In de vertaling van Calvijn luiden de verzen 4 en 5:
- Ga tot Zijn poorten in met lof, en tot Zijn voorhoven met blijdschap. Geef Hem eer, zegen Zijn Naam.
- Want Jehovah is goed. Zijn goedertierenheid is tot in eeuwigheid en Zijn waarheid van geslacht tot geslacht.
6. Hij is een God van oneindige genade en goedertierenheid, vers 5: de Heere is goed, en daarom doet Hij goed, Zijn goedertierenheid is in eeuwigheid, ze is een fontein die nooit kan opdrogen. De heiligen die nu de geheiligde vaten van Zijn barmhartigheid zijn, zullen tot in eeuwigheid de verheerlijkte gedenktekens van Zijn goedertierenheid zijn.
7. Hij is een God van onverbreekbare trouw. Zijn getrouwheid is van geslacht tot geslacht. Geen van Zijn woorden zal ter aarde vallen als verouderd of herroepen. De belofte is vast voor heel het zaad, van geslacht tot geslacht.
Gaat tot Zijn poorten in met lof,
Met lofzang in Zijn tempelhof.
Loof Hem en prijs Zijn grote Naam.
Aanbid Zijn heiligheid tesaam.
Want onze HEERE God is goed.
Zijn goedertierenheid is zoet.
En eeuwig blijft Zijn trouw van kracht.
Zij rust ook op het nageslacht.
Twee kernverzen zijn:
Weet, dat de HEERE God is.
Hij heeft ons gemaakt (en niet wij).
Zijn volk en de schapen van ZIjn weide.
Ga in tot Zijn poorten met lof,
in Zijn voorhoven met lofgezang.
Loof Hem, prijs Zijn Naam.
Meer over psalm 100
Psalm 100 zingen
Psalm 100 onberijmd
Samenzang psalm 100
Tekst en beeld psalm 100