Bishop J.C Ryle zegt over Lukas 8:20-21
Auteur: ds. W. Pieters
“En Hem werd geboodschapt door enigen die zeiden: Uw moeder en Uw broeders staan daar buiten, begerende U te zien.
Maar Hij antwoordde en zeide tot hen: Mijn moeder en Mijn broeders zijn dezen, die Gods Woord horen en het doen.”
We leren van deze verzen het grote voorrecht van hen die Gods Woord horen en het doen. Onze Heere Jezus Christus verklaart dat Hij hen beschouwt als Zijn `moeder en Zijn broeders'.
De man die Gods Woord hoort en het doet, is de ware christen.
─Hij hoort de roep van God om berouw te hebben en zich te bekeren en hij gehoorzaamt:
hij houdt op kwaad te doen en leert goed doen
hij doet de oude mens uit en doet de nieuwe aan.
─Hij hoort de roep van God om te geloven in Jezus Christus tot rechtvaardiging en hij gehoorzaamt:
hij verzaakt zijn eigen gerechtigheid en belijdt zijn behoefte aan een Zaligmaker;
hij ontvangt de gekruisigde Christus als zijn enige Hoop en rekent alle dingen verlies te zijn voor de kennis van Hem.
─Hij hoort de roep van God om heilig te zijn en hij gehoorzaamt:
hij worstelt om de daden van zijn lichaam te doden en te wandelen naar de Geest;
hij spant zich in om elke last af te leggen en de zonde die hem zo gemakkelijk bezet.
Dit is het ware christendom. Alle mannen en vrouwen die zo leven, zijn ware christenen.
Nu, de moeiten van allen die Gods Woord horen én het doen, zijn niet weinig of klein. De wereld, het vlees en de duivel kwellen hen voortdurend.
Zij zuchten vaak, omdat ze bezwaard zijn (II Corinthe 5 vers 4). Zij vinden het kruis vaak zwaar en de weg naar de hemel ruw en nauw. Zij voelen zich vaak gestemd om met Paulus uit te roepen: “Ik ellendig mens, wie zal mij verlossen uit het lichaam dezes doods?” (Romeinen 7 vers 24).
Laat hen allen troost scheppen uit de woorden van onze Heere Jezus Christus, die we nu overdenken. Laat hen bedenken, dat de Zoon van God Zelf hen beschouwt als Zijn naaste bloedverwanten! Laat hen geen acht slaan op het gelach, de spot en de vervolging van deze wereld.
De vrouw van wie Christus zegt: `Zij is Mijn moeder' en de man van wie Christus zegt: `Hij is Mijn broeder', heeft geen reden zich te schamen.
“O Heere, ik heb gehoord dat bij U barmhartigheid woont,
dat genade Uw Troon is
dat hulp en kracht in Uw woning zijn en dat Uw ontfermingen groot zijn.
Gij ziet op de arme en verbrijzelde.
Ik bid U: zie mijn arme, bedrukte en ellendige ziel aan.
Nooit had enige ziel meer Uw barmhartigheid nodig, dan mijn arme ziel.
O, ontferm U,
o, behoud mij om wille van Uw barmhartigheid, of ik verga!
Ellende kan alleen door barmhartigheid geholpen worden
gebrek alleen door volheid
en de alles-missende zondaar alleen door de algenoegzame God.
Hier is ellende voor Uw barmhartigheid
hier is gebrek voor Uw volheid
hier is een arm, ledig, onmachtig, behoeftig zondaar voor Uw algenoegzame goedheid
om UZelf in hem te verheerlijken!”
ds. Obadiah Sedgwick