Spreuken 3:12 - de jeugdbijbel in de Bijbel
Auteur: ds. W. Pieters
Want de HEERE kastijdt degene, die Hij liefheeft,
ja zoals een vader een zoon, in wie hij een welbehagen heeft.
Spreuken 3 vers 12
Kastijding is een woord dat in ons taalgebruik niet of nauwelijks meer voorkomt. Wat betekent kastijden? In de Bijbel heeft het woord kastijden alles te maken met de opvoeding. Het betekent zoveel als: verbeteren, terechtwijzen, opvoeden, lering trekken uit, discipline krijgen door training.
Dus de HEERE verbetert, wijst terecht, voedt op. Wie? Die Hij liefheeft. Niet alleen met zachte hand (voorspoed) maar ook wel met harde hand (tegenspoed). Hij heeft een doel met Zijn kinderen.
Laat jij je ook door Gods Woord terechtwijzen ... of niet?
In de tekst wordt een vergelijking gemaakt. Zoals jij door je vader en moeder wordt opgevoed, zo kastijdt de HEERE Zijn kinderen. Je vader kan streng voor je zijn. Niet omdat hij zo graag streng is, maar hij zal díe strengheid gebruiken, die precies past bij je karakter. Als jij meer straf nodig hebt dan je broertje of je zus, dan is dat vanwege jouw verkeerd gedrag. Je vader probeert tactvol elk van zijn kinderen te sturen. Zo behoort het tenminste te zijn. Hij mag niet toegeeflijk zijn zoals Eli, die zijn zonen Hofni en Pinehas niet eens zuur aankeek. Maar ook mag Hij geen Lamech zijn, die zijn macht misbruikte. Een recht geaarde vader slaat zijn kinderen bewogen, naar zich toe, maar slaat niet in toorn, van zich af. Hij is op die manier bezig jouw karakter te vormen.
Zo doet de HEERE nu ook.
Luther zei eens dat de HEERE spreekt met twee lippen van één mond. Met wet en evangelie, met bedreiging en belofte, met vloek en zegen. De HEERE weet precies wat ieder van Zijn kinderen nodig heeft. De ene heeft een hardere hand nodig dan de andere. Hij laat eerlijkheid en liefde juist samengaan om hen te vormen voor een doel waar Hij naar toe werkt.
Als jij dwars en verkeerd bent, maar je vader laat je niet vrij in je keuze, dan gelooft hij diep in zijn hart dat er nog wat van jou te maken valt. Al zou jij je graag willen onttrekken aan zijn straf die je verdiend hebt, toch zou het niet best zijn als je vader je zou laten gaan en in alle dingen vrij zou laten. Immers als je vader zou zeggen: ik laat jou je gang maar gaan, je wilt blijkbaar niet beter. Dan zegt hij eigenlijk het vertrouwen in je op, om je te verbeteren. Als dit jou onverschillig laat, ben je geen zoon maar een bastaard (een onechte zoon). Als dit je echter verdriet doet, is herstel mogelijk. Door je aan de (goede) straf van je vader te onderwerpen, word je door hem tot de orde geroepen om je in het rechte spoor te brengen. Als het weer goed wordt gemaakt, zeg je: had ik het maar anders gedaan, de volgende keer zal ik het beter doen. De kern is dus: hoe meer energie je vader in je steekt om je te verbeteren, hoe meer vertrouwen hij in jou heeft dat jij je als een echte zoon / dochter zult gedragen.
Zo werkt de HEERE nu ook. Hij blijft betrokken op Zijn kinderen. Hij is geduldig zoals geen vader geduldig is. Hij wordt nooit moe hen terecht te wijzen, want Hij heeft ze lief. Wat is het dan nuttig als er geen kerkdienst voorbij kan gaan of jij voelt de pijn van je onbekeerlijk hart ...! Zeg niet: ik wilde wel dat ik er wat rustiger zat. Onderdruk de stem van je geweten toch niet! Ook al was Jeremia bekeerd tot God, toch zegt hij: kastijd mij, HEERE! Maar met mate; niet in Uw toorn, opdat Gij mij niet teniet maakt. God deed het toch goed en Zijn bedoeling is ook goed. Kun jij dat Jeremia nazeggen?
Nu is de liefde van de HEERE hoger dan die van je vader. Je vader kijkt nog naar kwaliteit in jou om wat nog goed is, te verbeteren. Maar dat doet de HEERE niet. Gods liefde zoekt de slechtsten en verbetert die. Hij heeft juist hen lief aan wie niets meer te verbeteren valt. Ben jij er zo één? Dan ben je niet zo gauw verdrietig over de kastijding van de HEERE op de leerschool van Christus; omdat je vast gelooft dat de HEERE het goede met je voor heeft. Dan kun je heel wat strengheid verdragen.
Nu is God de Betrouwbare, Die niet kastijdt of straft uit lust tot plagen, maar hij kastijdt hen die Hij líefheeft. Laat je door dit woord sturen. Smeek God om Zijn Geest in je hart te krijgen.