Spreuken 8:19 - de jeugdbijbel in de Bijbel
Auteur: ds. W. Pieters
"Mijn vrucht is beter dan uitgegraven goud en dan dicht goud,
en Mijn inkomen is beter dan uitgelezen zilver."
Spreuken 8 vers 19
Salomo is vol van de heerlijke geschenken, die God geeft aan degenen, die Hem liefhebben. In dit achtste hoofdstuk schrijft hij over de Heere Jezus Christus. Hij noemt Hem de Wijsheid van God. En in vers 19 zegt hij over deze Goddelijke Wijsheid, Jezus Christus, dat Zijn vrucht beter is dan goud en zilver.
Nu, als we eerlijk zijn, zullen de meeste lezers van `De Catechisant' best wel graag een paar cent bezitten. Kunnen wij op een legale/ wettige manier er een paar gulden (of een paar duizend gulden liefst) bij verdienen/krijgen, dan vinden we dat heel niet erg.
Nu maakt de Bijbel een vergelijking tussen goud en zilver aan de ene kant en de vrucht van de Wijsheid aan de andere kant. We moeten ze tegenover elkaar zien staan.
Tussen haakjes: veel kerkmensen zien ze niet tegenover elkaar staan, maar vinden de Goddelijke Wijsheid best wel te combineren met aards slijk. Zou het onder de lezers van ons jeugdblad anders zijn? Zijn er ook niet veel refo's, die denken, dat geld en God best samen kan gaan? Paulus schrijft aan zijn zoon Timotheüs, dat mensen, die rijk willen worden in verzoeking vallen en in een strik trappen... Het is buitengewoon gevaarlijk om geld te willen bezitten, om rijk te willen worden.
Maar als we het samen erover eens zijn, dat de vrucht van de ware Wijsheid én goud/zilver tegenstellingen zijn, dan komt natuurlijk de vraag: waaraan verleen ik de voorkeur? Natuurlijk weten we allemaal best, wat we rechtzinnig moeten kiezen, maar dóen we dat ook? Elke keer weer..., in elke omstandigheid, dat de geldzak rinkelt?
Om de juiste keus te kunnen maken, moeten we eerst weten, wat dan de vrucht van Christus, de Goddelijke Wijsheid is. Zien we dat scherp, dàn kunnen we ook nadenken over onze voorkeur.
De vrucht van Christus is, wat iemand krijgt of meemaakt, wanneer hij Christus volgt, bij Hem hoort. Wie bij Christus hoort, is een Christen en de Catechismus zegt heel eenvoudig: dan heb jij deel aan de zalving van Christus (antwoord 32) en de Heilige Geest maakt jou al de gaven en schatten van Christus deelachtig (antwoord 53).
Nu, kun je al kiezen? Stem je in met de woorden van de Goddelijke Wijsheid, Die zegt: Mijn vrucht is beter, dan het beste en kostbaarste goud? Of aarzel je nog en denk je: zou ik wel echt gelukkig worden met deze gaven en schatten van Christus?
Ik zal het nòg duidelijker voor je uitleggen: al die gaven en schatten van Christus, waaraan jij deel krijgt door een waar geloof, zijn van oneindige waarde. Je ontvangt het burgerrecht van de Hemelstad, je krijgt toegang tot het Koninklijk Paleis, je wordt gevrijwaard van alle leed en ellende, je mag je eeuwig verzadigen aan de Fontein van het Water des levens, je wordt volkomen verzorgd en je mag steeds dronken worden van Goddelijke liefde.
Kom, overweeg het eens! Maak je keus! Nu is het nog tijd, straks kan het voor eeuwig te laat zijn. Word je nog niet begerig naar het groot voorrecht van een Christen? Blijf je liever op de basten van varkensvoer kauwen, dan je te zetten aan de welvoorziene dis in het Huis van je Vader (Lucas 15)?
Wil je het nog beter onderzoeken en eens navraag doen bij anderen, wat die ervan vinden? Nou, dan gaan we samen even op bezoek bij Mozes, die kroonprins in het paleis van de Farao is. Hij moet kiezen: aan de ene kant al de schatten van Egypte en aan de andere kant bij Christus te horen. Vraag het maar eens aan deze veelbelovende kroonprins (hij is ongeveer 40 jaar en kiest dus niet onbesuisd). Dan zegt hij: `De versmaadheid en schande, die ik bij Christus vind, zijn mij meer waard, dan alle schatten/rijkdommen van heel het rijk van de Farao!'
Vraag het ook maar eens aan andere ware Christenen, die verstand hebben van het één en van het ander: ze hebben de schatten en rijkdommen van de wereld geproefd én ze hebben de gaven en schatten van Christus ontvangen. Dan zeggen ze (hoeveel schande het hun ook opleverde): ik kies liever door God karig behandeld te worden, dan een royaal onthaal te ontvangen van de wereld.
Daarom, denk eens na: Jezus Zelf zegt: Mijn vrucht is beter dan alle goud en zilver, die je maar krijgen kunt!