De Catechismus van Genève vraag en antwoord 253 t/m 255, wat moeten wij bidden
Auteur: ds. W. Pieters
Wat wij moeten bidden
Vr. 253 Laten wij nu behandelen, wat de gebeden van de gelovigen moeten bevatten. Is het geoorloofd, alles wat ons in den zin komt van God af te smeken, of moet hier een vaste regel gevolgd worden? Antw : Dat zou een al te verkeerde manier van bidden zijn, toe te geven aan eigen verlangens, en het oordeel van het vlees. Want wij zijn ook te dom om te kunnen beoordelen wat goed voor ons is, en wij lijden aan zulk een ongebondenheid van begeerten, dat het nodig is die door een teugel te bedwingen.
Vr. 254 Wat moet er dan dus gebeuren? Antw : Er blijft slechts dit over, dat God zelf ons de rechte vorm van bidden voorschrijft, opdat wij slechts volgen terwijl Hij ons bij de hand neemt, en als ‘t ware met woorden voorgaat.
Vr. 255 Welke wet heeft Hij ons voorgeschreven? Antw : Er wordt weliswaar, over de Schriften verspreid, een brede en overvloedige leer van deze zaak overgeleverd, maar om ons meer op een bepaald doel te richten, heeft Hij een vorm samengesteld, en als ‘t ware voorgezegd, waarin alles wat wij van God behoren te bidden, en wat voor ons dienstig is, in het kort is samengevat, en in weinige hoofdpunten voorgesteld