Waar jij mee zit: mensverheerlijking
Auteur: ds. W. Pieters
“Dominee, na het lezen van `het herderinnetje' dacht ik: waarom wordt er zó over een mens geschreven? Zouden we al deze beschrijvingen van mensen maar niet achterwege laten en alleen schrijven over Hem, dat is Jezus Christus?”
De vraagsteller vindt het ongelooflijk, wat in het maartnummer over Elizabeth Cairns wordt verteld. Het is bijna alsof zij een zondeloos meisje is. En wanneer wij ons eigen leven daarnaast leggen, klaagt het ons dagelijks aan, dat we helemaal niet zondeloos zijn.
Kan dat eigenlijk wel waar zijn, wat Elizabeth Cairns beleeft?
Ja, het is niet onmogelijk, dat iemand door God zó wordt gezegend en zó wordt begenadigd, dat hij of zij hemels leeft en steeds in de nabijheid van God mag zijn. We zingen er wel eens van in Psalm 89 vers 7:
Hoe zalig is het volk
dat naar Uw klanken hoort
Zij wand'len, Heer', in 't licht
van 't Godd'lijk Aanschijn voort.
Zij zullen in Uw Naam
zich al de dag verblijden;
Uw goedheid straalt hun toe,
Uw macht schraagt hen in 't lijden
Uw onbezweken trouw
zal nooit hun val gedogen,
maar Uw gerechtigheid
hen naar Uw Woord verhogen.
Maar ik begrijp wel het gevaar, dat we mensen zouden kunnen verheerlijken. Dat is verkeerd, zondig. Toch denk ik, dat we uit de voorbeelden van Gods kinderen ook heel wat kunnen leren. Ik heb als predikant nodig om 's een levensbeschrijving te lezen van een zeer Godzalig man, opdat ik maar niet hoogmoedig zou worden. Juist zo'n bijzondere genade, als dat herderinnetje kreeg, kan ons sterk uitdrijven tot de Troon der Genade om ook persoonlijk deze hoge genadegave te mogen ontvangen. Het maakt ons jaloers. We zien hoe armzalig we zelf leven. Het beschuldigt ons, dat we zo koud en ijverloos zijn...
Natuurlijk moet Christus in het middelpunt van heel ons leven staan. Maar als we het hebben over Gods kinderen, dan hèbben we het ook over Hem, over Zijn werkingen in het hart en leven van sommigen van Zijn kinderen. En dus is het niet verkeerd om een levens- of bekeringsgeschiedenis te lezen. Gods grote daden mogen verteld en gehoord worden; beschreven en gelezen. Jij mag daardoor des te meer vragen om ook zo nabij God te leven. En ik weet zeker, dat er veel meer blijdschap en zekerheid des geloofs mogelijk is dan wij denken!