Hoe moet ik omgaan met doodzonde
Auteur: ds. W. Pieters
Wanneer je het woordenboek raadpleegt, leer je: doodzonde is een zonde die het verlies van de heiligmakende genade ten gevolge heeft, of de geestelijke dood van de ziel. Doodzonde staat tegenover dagelijkse zonde. In de Bijbel komen we het woord 'doodzonde' niet tegen. Wel de omschrijving 'zonde des doods', waarmee wordt bedoeld: zonde of schuld, die ons in zo'n geval doodwaardig maakt. Wanneer is een zonde nu zó dat je er de dood mee verdient? In het maatschappelijke leven van nu kun je die zonde niet bedrijven, want er is geen enkele zonde waar de doodstraf op staat. In de tijd van Mozes was dat anders. Een 'zonde des doods' was hout sprokkelen op de Sabbath. De uitdrukking 'doodzonde' is afkomstig uit de roomse kerk, en de omschrijving die ik uit het woordenboek voor je neerschreef, heeft dan ook betrekking op die roomse opvatting. Een gevolg van deze opvatting is dat de meeste zonden niet zo erg zijn - ze zijn immers geen doodzonde! Letten wij er goed op wat de Heilige Schrift ons leert over het karakter van de zonde, élke zonde, dan komen we tot de verbijsterende conclusie dat er ALLEEN MAAR doodzonden zijn. Om het te zeggen met antwoord 11 van de Heidelbergse Catechismus:
... omdat zonde tegen Gods allerhoogste Majesteit gedaan is, moet ze ook met de hoogste, dat is, met de eeuwige straf aan lichaam en ziel gestraft worden.
Hoe moet je met doodzonde, met zonde dus, omgaan? Een vreemde vraag, vind je niet? Verstandelijk is het antwoord zo simpel dat de jongste jongen die dit jeugdblad leest, het antwoord wel weet:
1. je moet álle zonden ontvluchten, ertegen vechten;
2. je moet álle zonden belijden, om vergeving ervoor vragen.
Toch blijkt het in de praktijk van alle dag niet zo gemakkelijk te zijn. De zonden, allemaal, ontvluchten...?! Hoe doe je dat? Zonden wonen ín ons. Dan moet je jezelf ontlopen. En dat gaat niet. En toch is het waar: alle mogelijke moeite moet ik ervoor doen om mijn zondige neiging te bestrijden en élke zondige verleiding te ontlopen. Verder, belijden en om vergeving vragen... Ook dat valt nog niet zo mee. Punt één: welke zonden deed ik vandaag allemaal? En dan ze alle belijden! Verder, wil ik eigenlijk wel mijn zonden aan God eerlijk vertellen (en aan de mensen - voor zover ik tegen hen heb misdaan)? En verlang ik wel naar vergeving? Maar toch: ja, vanavond al mijn zonden één voor één aan God vertellen en vragen: vergeef mij toch al mijn zonden, die Uw Hoogheid schonden! Doodzonde. De roomse kerk vergist zich in heel de uitdrukking, want ze is onbijbels. En toch, en toch, er is in zekere zin toch een doodzonde. De apostel Johannes schrijft erover (eerste brief, hoofdstuk 5, vers 16):
"Er is een zonde tot de dood."
Welke zonde is dat? De zonde waarvoor geen vergeving is. Van deze zonde moet je mijlenver vandaan blijven. Dat is duidelijk. Dit betekent niet dat andere zonden minder gevaarlijk zijn. Ze zijn niet minder erg - de dood waardig maak jij je er immers door! Ook is elke andere onbeleden en onbestreden zonde net zo geváárlijk. Wil ik een zonde niet schuldbewust belijden aan God? Dan ontvang ik daarvoor ook géén vergeving. Wens ik ene zonde niet te bestrijden, biddend om kracht van Gods Heilige Geest? Dan is om vergeving vragen mij onmogelijk en dan kan ik vergeving ook niet verwachten, wel?
Doodzonde - dagelijkse zonde. Er is verschil tussen de ene zonde en de andere. Niet alsof sommige zonden minder erg zouden zijn, of ons niet helwaardig zouden maken. Maar in kerkelijk en maatschappelijk opzicht is er wél verschil tussen de ene zonde en de andere. Het lijkt me dat dit duidelijk is. Iemand die als belijdend lid onder tucht gezet moet worden, is niet iemand met dagelijkse struikelingen en zwakheden - dan zouden alle leden onder tucht moeten staan. Maar dat is iemand die in een ergerlijke zonde leeft. Ook in geestelijk opzicht is er verschil. Er zijn, zo kunnen we in de Dordtse Leerregels, hoofdstuk 5, paragraaf 2, lezen: de dagelijkse zonden van zwakheid, terwijl paragraaf 4 ingaat op zware en gruwelijke zonden. Wie als Christen oprecht strijdt tegen de dagelijkse zonden van zwakheid, kan teer met God in het licht wandelen. Wie deze zonden langzamerhand meer en meer de vrije teugel laten en door de duivel en eigen boze lusten worden gebracht tot de genoemde zware en ergerlijke zonden, die...
vertoornen God zeer, vervallen in schuld des doods, bedroeven de Heilige Geest, verbreken voor een tijd de oefening van het geloof, verwonden hun geweten zwaar en verliezen soms voor een tijd het gevoel van de genade.
Blijft het hier bij? Nee:
... totdat voor hen, wanneer zij door ernstige boetvaardigheid op de weg weerkeren, het Vaderlijke aangezicht van God opnieuw verschijnt.
Zonde, klein of groot? Kijk eens naar het Lam van God Dat zó zwaar torste onder de lasten van...? Je weet het: van ZONDEN.